Sporten voor het goede doel

Je hoort het steeds vaker, mensen die gaan sporten voor het goede doel. De populariteit van sportevenementen voor een stichting blijft groeien. Jaarlijks zetten tienduizenden Nederlanders zich sportief in voor het goede doel. Dit heeft positieve effecten zoals aandacht in de media en vooral een hoge opbrengst voor steeds meer goede doelen. Maar waarom doen mensen dit? Waar komt die drang om dit soort evenementen te organiseren vandaan?

Nederlanders zijn vrijgevig
Ten eerste is het zo dat Nederland het land van de maatschappelijke doelen is. Nederland heeft het grootste aantal stichtingen en verenigingen van alle landen ter wereld. Nederlanders zijn, in tegenstelling tot wat bewoners van andere landen denken, erg vrijgevig. Als ze iets waardevol en belangrijk vinden, wordt er een stichting opgericht en wordt er geld opgehaald. Kijk naar initiatieven zoals Run for KiKa en het beklimmen van de Mont Ventoux voor KWF Kankerbestrijding en Tour du ALS.

Samen sta je sterk
Op het moment dat er iemand in je omgeving ziek wordt of is, motiveert dat enorm om er iets aan te gaan doen. De ziekte kun je niet wegnemen maar je wilt toch iets betekenen. Je wilt de onmacht die je voelt omzetten naar iets positiefs. Dit is de motivatie die ervoor zorgt dat je gaat zoeken naar iets om te kunnen doen. Een sportevenement voor een goed doel is dan de ideale oplossing. Je weet niet wat je kunt doen, maar je wilt wel iets doen. Met dit soort evenementen ontstaat er een gevoel van saamhorigheid, samen sta je sterk. Je maakt je samen nuttig voor iets groters. Je draagt bijvoorbeeld allemaal dezelfde bedrukte sportkleding. Je voelt compassie voor alle mensen die de ziekte waar het om gaat hebben. Buiten dit gevoel is het minstens net zo belangrijk dat er dankzij een evenement geld wordt opgehaald voor het goede doel en dat er media-aandacht ontstaat.

Groepsdruk
Een andere reden om mee te doen aan een sportevenement voor een goed doel is omdat je groepsdruk voelt. Als bijvoorbeeld op het werk wordt besloten om met zijn allen mee te gaan doen, blijf je niet als enige thuis. Doe je dat wel, dan val je buiten de boot. Tenminste, dat is hoe veel mensen het ervaren. Toch is dit niet altijd verkeerd. Het is logisch dat een persoon meer gemotiveerd is als bijvoorbeeld een familielid ziek is. Als het verder weg is, sta je er vaak niet bij stil. De meeste mensen die meedoen worden vaak gevraagd door de mensen die direct betrokken zijn bij mensen met een bepaalde ziekte. Als dit niet zou gebeuren, zouden een stuk minder mensen meedoen. Door deze groepsdruk wordt eerder stil gestaan bij een ziekte.

Uitdaging en beleving
Ook niet onbelangrijk is dat mensen altijd zoek zijn naar een uitdaging en steeds meer beleving willen ervaren. Als je mensen wilt aanspreken over een ziekte zal je meer moeten doen dan alleen maar informatie geven. Plak er een beleving aan vast, zoals een sportevenement met een uitdaging, en je zal zien dat mensen geïnteresseerd zijn. Ze voelen zich betrokken en ze hebben weer een uitdaging.